Amsterdams penthouse met inventief interieur en daktuin
In dit penthouse in Amsterdam-Zuid blijft geen vrij moment onbenut. Dankzij het inventieve interieur dat op maat werd ontworpen, een daktuin waarop je met gemak kunt badmintonnen én een uitzicht om van te (dag)dromen.
Van verzorgingshuis naar penthouse
De entree van het penthouse is groots. De liftdeur zwaait open en voilà, je staat binnen. Zowel voor als aan de weerszijden is er een panoramisch uitzicht op Amsterdam. In de verte prijkt de Rembrandttoren, iets dichterbij de kantoorkolossen van de Zuidas. Om je heen ervaar je een interieur dat industrieel, modern en sfeervol is, als een enorme loft in New York. De herbestemming van dit gebouw, dat in de naoorlogse jaren diende als verzorgingshuis en later werd verbouwd tot kantoor, mag zonder meer geslaagd worden genoemd. Het appartement op de vierde en hoogste etage werd drie jaar geleden gekocht door een echtpaar met een tienerdochter. Voor de inrichting van de casco opgeleverde ruimte gingen ze te rade bij interieurarchitect Jeroen de Nijs. ‘Tijdens onze zoektocht naar een nieuw huis bezichtigden we een appartement dat hij had ingericht,’ vertelt de bewoonster. ‘We vonden dat huis te klein, maar waren wel heel enthousiast over de inrichting en het ontwerp van het interieur. Dat bleek door Jeroen te zijn gedaan. Toen we dit appartement in Amsterdam-Zuid kochten, hebben we hem meteen gebeld.’
Kolommenstructuur
Het paar viel vooral op de vrije indeelbaarheid van het penthouse van 210 vierkante meter, met twee ruime balkons en een bovenliggend dakterras van 140 vierkante meter. Ze wilden alles zo open mogelijk houden. De eerste schets die Jeroen maakte, was meteen in de roos. ‘Mijn man, die altijd precies weet wat hij wil, was stomverbaasd, zo goed vond hij het. Het enige wat Jeroen er nog aan veranderd heeft, is de indeling van onze badkamer. Daar wilden we een wc hebben,’ vertelt de bewoonster. ‘De indeling was heel verrassend. Wij zijn de enigen in het gebouw die aan de straatzijde slapen. Bij alle medebewoners staat daar de keuken. Hierdoor zijn onze leefruimtes voornamelijk op het westen en zuiden georiënteerd.’ Om het industriële karakter van de ruimte te behouden werd de kolommenstructuur in het zicht gelaten. Ook het ruwe metselwerk van de achtergevel, met daarop de metingen van de bouwvakkers, is zo gelaten. Door de hal weg te breken komt de lift direct in het appartement uit. De tussenruimte binnen de kolommenstructuur, dus rondom het centrale volume waarin lift, bijkeuken en waskamer zitten, is de verkeerszone: de route die het meest belopen wordt. Het volume is in zijn geheel betimmerd met notenhout, inclusief plafond en de zwevende treden die naar het dakterras leiden.
Open ruimte met privacy
De plattegrond heeft een open karakter. Om de woonruimte zo ruim mogelijk te laten, zijn de functies baden en slapen zo compact mogelijk gehouden. De ruimte aan de noordoostgevel is grotendeels gereserveerd voor de keuken, de favoriete plek van de bewoonster die graag kookt. Jeroen ontwierp een meterslang kookeiland, plus een kastenwand met dubbele ijskast en twee ovens. Onder de ramen kwam een lange ladekast waarin alle voorraad een plek vindt. De zithoek en de eettafel staan naast de terrasdeur aan de noordwestgevel. De smalle ruimte tussen living en eettafel bleek de perfect plek voor een open haard. Door te kiezen voor een draaibaar exemplaar kan altijd optimaal van het vuur worden genoten. ‘Wat heel fijn is aan dit huis, is dat je weliswaar met zijn drieën in één ruimte leeft, maar dat je je altijd makkelijk ergens kunt terugtrekken. Je voelt elkaars aanwezigheid, maar je zit niet op elkaars nek,’ glimlacht de bewoonster.
Penthouse met stadsrumoer
De zithoek heeft op de zuidwestkant een tweede balkon. ‘De favoriete plek van mijn man. We zitten daar vaak ’s avonds een drankje te drinken met uitzicht op het altijd gezellige pleintje hier beneden. Het rumoer van de stad op de achtergrond, terwijl je toch lekker thuis bent.’ De grootste troef van het appartement ligt nog een etage hoger: het dakterras. Via de zwevende trap kom je in de dakopbouw, waarin een heerlijk hoog, vast ligbed is geplaatst. Ernaast bevindt zich een keukentje met koelkast en koffiemachine. Het dakterras zelf – eigenlijk een daktuin – is zo ingericht dat de bewoners er op elk moment van de dag van de zon kunnen genieten, op zonnebedden en loungebanken. ‘Het allerfijnst aan dit huis? Natuurlijk dat dakterras. Maar misschien nog wel fijner is de ligging,’ vertelt de bewoonster. ‘We zitten hier midden in de stad, ik doe alles lekker op de fiets. Je kunt de drukte altijd opzoeken. Daarnaast hebben we een eigen parkeerplaats en ben je hiervandaan zo op de snelweg. Dat alles geeft een heel vrij gevoel. Bovendien is alles gelijkvloers. We hoeven hier nooit meer weg.’
Productie: Rob Jansen | Tekst: Erik Paul Jager | Foto’s: Jansje Klazinga
