Penthouse in hartje Brussel
Een penthouse van 120 m2, hoog verheven boven het gewemel van het verkeer, en met adembenemende vergezichten over de stad. Architect Lowell Demol restylede dit pareltje uit de jaren 50 samen met collega Quentin Vaulet, en was zo opgetogen over het resultaat dat hij er zelf introk!
Panoramisch uitzicht
Quentin: “Het appartement is met 120 m2 niet alleen behoorlijk ruim, het heeft ook drie gevels, elk met een fantastisch panoramisch uitzicht over de stad. Bovendien is er op 40 meter boven de begane grond nauwelijks iets te merken van het drukke verkeer beneden. Kortom, ik woon in de stad, maar zit er tegelijk hoog boven verheven. Dat is een heel apart gevoel.”
Houten volumes
Het resultaat houdt het midden tussen een penthouse en een loft. Het appartement bestaat nu uit een open leefruimte met salon en eethoek, een keuken, twee slaapkamers en een badkamer. Er is ook een balkon met terras waar je kan genieten van een eindeloos uitzicht. De ruimtes vloeien organisch in elkaar over, maar er is ook een duidelijke structuur. Daarvoor zorgen niet alleen de materialen – bijvoorbeeld tegels in de leefruimte en de badkamer, parket in de keuken en de slaapkamers – maar ook de verschillende vloer- en plafondhoogtes. “Daarnaast hebben we uitgebreid geëxperimenteerd met houten volumes”, zeggen de architecten. “Die fungeren niet alleen als ruimtebegrenzers, maar laten ook de oude elementen van gewapend beton, die als een rode draad doorheen het appartement lopen, volledig tot hun recht komen.”
Coherentie
Het appartement is volgens Lowell en Quentin een mooi voorbeeld van hun eigen stijl, al valt het niet mee om die te omschrijven. “Op het eerste gezicht is het allemaal vrij strak en minimalistisch”, zeggen ze. “Maar we houden ook erg van de art deco uit de jaren 20. Voeg daar nog onze liefde voor motorfietsen en de rock-’n-roll uit de jaren 50 en 60 aan toe en je krijgt stilaan een idee. Ten slotte is ook onze verknochtheid aan het artisanale een belangrijk element. Dat verklaart bijvoorbeeld waarom hier weinig of geen meubels van grote designmerken staan. Niet dat we daar iets tegen hebben, maar we verkiezen stukken die we zelf op maat ontwerpen en vervaardigen. Dat is volgens ons de beste manier om ons ultieme doel – totale coherentie – te bereiken.”
Bron: Feeling Wonen oktober/november 2015 | Fotografie Tim Van De Velde | Tekst Jan De Vos
